Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier: ‘onzekerheden rond dinoterb-metingen’

In de provincie speelde dinoterb nogal een grote rol de laatste tijd, omdat het middel – dat al sinds 1998 verboden is – opdook in de metingen, weer verdween en daarna plots weer opdook. Het hoogheemraadschap heeft een extern bureau gevraagd om onderzoek te doen, zie het nieuwsbericht.

Door een aantal partijen werd de bollensector direct als schuldige aangewezen. De BBB-fractie van Hollands Noorderkwartier had hier grote twijfels bij, aangezien het middel bij gebruik op het bollenland niet alleen onkruid, maar ook de bollen zelf zou beschadigen. Hoewel er uit het onderzoek niet is gebleken waar het dan wél precies vandaan komt, durven wij wel te stellen dat de agrarische sector in deze niet als grote schuldige kan worden aangewezen. Ook omdat het is gevonden in wateren die niet in verbinding staan met de sloten in het landbouwgebied. Zoals in het stuk staat beschreven, zullen de metingen beter in de gaten worden gehouden, bij opvallende waardes extra gecontroleerd worden, en zullen er meer metingen plaatsvinden rondom baggerwerk en de RWZI’s – Riool Water Zuiverings Installaties.

Het rapport werd openbaar gemaakt tijdens de commissie vergadering van 2 oktober. Tijdens die vergadering is ook het KRW impuls programma besproken, extra maatregelen die worden genomen om te zorgen dat wateren aan de Kader Richtlijnen Water gaan voldoen, of die zo ver als mogelijk naderen. In beide onderwerpen kwam naar voren dat er nog steeds geen vaste meet-methode is in heel Nederland. Waterschappen kunnen zelf kiezen welke (extra) stoffen zij monitoren, waardoor het lijkt alsof dinoterb alleen in Noord-Holland voorkomt, terwijl andere waterschappen hier niet op controleren. Een ander verschil is bijvoorbeeld dat het ene waterschap meet op microniveau, en het andere op nanoniveau, waardoor uitkomsten ook verschillend kunnen zijn. De BBB-fracties uit de verschillende waterschappen blijven erop aandringen, dat er een landelijke standaard komt.