Caroline van der Plas en Femke Wiersma op de lijst van BBB

De kandidaatstelling van beide vrouwen komt niet als een grote verrassing. Van der Plas is zelf initiatiefnemer van de BBB en Wiersma is al bestuurslid van de partij.

In het geval van Van der Plas blijkt er echter ook geen sprake te zijn van een vanzelfsprekendheid. Van der Plas heeft de afgelopen maanden in het midden gelaten of zij een plek op de lijst zou innemen. Nu heeft ze daarover de knoop doorgehakt. „Het is best reëel dat wanneer ik op de lijst kom te staan – wat ik dus nu sta – dat ik op een hoge plek eindig. Dus dan moet je je afvragen of je de landelijke politiek in wil. Want het is wel een wereldje, hoor. Ik weet zeker dat ik het kan, in de Tweede Kamer zitten, maar je moet er wel tegen kunnen. Het is ook direct voor vier jaar. Je kunt niet bij de eerste de beste tegenslag afzwaaien. Nu ben ik wel wat gewend inmiddels met de keren dat ik geïntimideerd en bedreigd ben via social media – daar heb ik ook wel een dikke huid voor ontwikkeld – maar dat is wat anders dan de landelijke media. En met een zetel in de Tweede Kamer beïnvloedt je familie en gezin ook. Ik heb twee zoons en die zullen worden geconfronteerd met het feit dat hun moeder dan ineens Kamerlid is. Overigens hebben mijn zoons wel tegen me gezegd dat ik het gewoon moet doen, hoor.”

Ook Wiersma is volgens Van der Plas zeer geschikt om op de lijst te komen gezien haar kennis op het gebied van onder andere milieu, fosfaat en stikstof. Welke plekken op de BBB-lijst de dames daadwerkelijk gaan innemen, is nog onduidelijk. „Dit hangt ook af van de andere kandidaten die wij selecteren”, zegt Van der Plas.

Kandidatenlijst

Over die andere kandidaten zegt BBB dat de partij tientallen sollicitaties heeft ontvangen. Voornamelijk van mannen. Daarom hebben Van der Plas en consorten er ook voor gekozen om een oproep specifiek voor vrouwen de deur uit te doen. Veelbelovend, zegt Van der Plas over de te volgen kandidatenlijst. „Er zullen bekende en onbekende namen op de lijst staan. Ik kan nog niet zeggen wie, maar er zitten genoeg mensen in met politieke of bestuurlijke ervaring en ook mensen met politieke en bestuurlijke ervaring. We hebben deskundigen met expertises op het gebied van diergezondheid, economie, milieu en meer.” Eind maart/begin april verwacht BBB de kandidatenlijst en de lijsttrekker bekend te maken. „Het is in ieder geval niet zo dat we maar twee goede mensen op de lijst willen hebben en de rest maakt niet uit. Stel, de gekte breekt uit en we halen twintig zetels, willen we op al die zetels, stuk voor stuk, goede mensen hebben zitten.”

Programma

Niet alleen de kandidatenlijst moet nog een definitieve vorm krijgen, ook het verkiezingsprogramma moet nog worden vastgesteld. Het definitieve programma moet in juni openbaar worden gemaakt, maar de pijlers waar dit op zal rusten zijn al wel bekend. De aandachtsgebieden van de partij zullen zijn, allen met het woord ‘gezond/gezonde’, ervoor: bodem, planten, dieren, boeren, burgers, economie, onderwijs en maatschappij. Deze pijlers zijn weer onder te verdelen in drie hoofdthema’s, zijnde voedsel, bestaansrecht voor de boer en een leefbaar platteland. Thema’s die met de huidige instrumenten onvoldoende aandacht genereren op landelijke schaal. „We hebben alles al gedaan om de problemen van de agrarische sector te agenderen. We hebben gelobbyd, burgers en politici uitgenodigd op de bedrijven, educatie verzorgd, maar het heeft niet genoeg geholpen. Die dingen moeten wel zeker blijven gebeuren, het is hartstikke belangrijk, maar ik merk wel dat sinds ik kenbaar heb gemaakt politiek actief te worden, je veel daadkrachtiger kan zijn in het agenderen van zaken die spelen in de landbouw.”

Landelijk lokaal

Met het programma wil BBB het gevoel van een regionale partij oproepen. Van der Plas: „Er zijn heel veel mensen die bij de gemeenteverkiezingen op regionale partijen stemmen en die ervoor kiezen om niet te stemmen bij de landelijke verkiezingen. Zij missen de vertegenwoordiging van de regio’s in Den Haag. Daar speelt de BBB ook een rol in. BBB is eigenlijk landelijk lokaal en wil het geluid van de regio in de Kamer laten horen.”